Je wilt er natuurlijk niet aan denken, maar helaas kunnen er altijd complicaties optreden tijdens de zwangerschap. Of het nou gaat om een thuisbevalling of een ziekenhuisbevalling. Je van tevoren inlezen kan je helpen, zodat je weet wat er wellicht zou kunnen gebeuren. Helaas zijn er nog steeds veel complicaties die op kunnen treden tijdens de bevalling, en die kunnen leiden tot een ongewenst resultaat. Een vrij onschuldige complicatie zoals het inleiden van de bevalling, maar ook een ernstige complicatie zoals een totaalruptuur of problemen met de placenta. Wij vertellen je er alles over in dit artikel.
Vroeg- en laatgeboorte en het inleiden
Je kindje bepaalt zelf wanneer hij komt, tenminste als er geen reden is om je kindje eerder te halen. Het enige wat je dan kan doen is afwachten tot het moment dat de weeën beginnen. Een gemiddelde zwangerschap duurt 40 weken maar in sommige gevallen komt je kindje eerder. Is dit eerder dan 37 weken, dan is er sprake van een vroeggeboorte of prematuur. In dat geval zijn de hersenen, nieren, longen, het hartje en het immuunsysteem nog niet volledig rijp. Dit houdt in dat hij op dat moment het leven buiten de baarmoeder nog niet volledig zelfstandig aankan. Daarom blijven prematuur baby’s over het algemeen de eerste paar weken in een couveuse tot het moment dat hij het wel zelfstandig kan.
Naast een vroeggeboorte kan een kindje zich ook veel later dan de 40 weken aandienen. We spreken in dat geval van een laatgeboorte of overdragen zwangerschap. Zodra je 42 weken zwanger bent, wordt in Nederland de bevalling ingeleid. Daarnaast gebeurt het inleiden van de zwangerschap ook wanneer er medische complicaties optreden. Hierbij kun je denken aan te weinig vruchtwater, een te hoe bloeddruk of een verslechterde werking van de placenta. Naast het inleiden om de bevalling op gang te brengen kan dit ook door te strippen. Dit houdt in dat de verloskundige de vliezen losmaakt van de baarmoederwand.
Verschillende complicaties
Stuitligging – Normaal gesproken ligt je baby aan het eind van de zwangerschap met het hoofd naar beneden, richting je vagina. Wanneer dit niet het geval is en de billen of voeten naar beneden liggen spreek je van een stuitligging. Dit kan voor een aantal risico’s zorgen tijdens de bevalling, onder andere het bevallen zelf. Een stuitbevalling is namelijk zwaarder en pijnlijker dan een normale bevalling. In het geval van een stuitligging kun je ook kiezen voor een keizersnede. Hierbij wordt je baby geboren via je buikwand. Dit gebeurt via een operatie.
Uitscheuren – Heel wat vrouwen zijn bang om uit te scheuren tijdens het bevallen. Uitscheuren gebeurt doordat er scheuren ontstaan in de huid van je bekkenbodem en in je spieren. Dit komt omdat je spieren rond je bekkenbodem wat worden uitgerekt door het harde persen. Als je uitscheurt word je na de bevalling gehecht. Daarna kan je lichaam weer volledig herstellen.
Meconium – Als je baby net geboren is heeft hij meconium ontlasting. Dit is geurloze poep die een heel donkere kleur heeft. Is er sprake van meconium tijdens het bevallen, dan loopt je kindje risico op het MAS, het meconium aspiratie syndroom.
Lees ook:Â Wat veroorzaakt de pijn bij een bevalling?
