Je kunt zelf bepalen in welke houding
jij het liefst wil bevallen, mits de verloskundige voldoende zicht heeft. Misschien
geef jij de voorkeur aan een baarkruk of lig je toch liever op bed.
Kies een
houding waar jij je het prettigst bij voelt. Er is keuze genoeg.
Op een baarkruk: Veel verloskundigen hebben een baarkruk. Het is vergelijkbaar met een
hurkzit, maar je hebt wat extra steun. Vraag gerust aan je verloskundige of zij
er een voor je mee wilt nemen. Wanneer je langer moet persen kan de baarkruk
gaan irriteren. De randen kunnen pijn gaan doen aan je billen. Probeer daarom tussen de weeën door even te gaan staan.
Op je hurken: Je zakt tijdens een wee door je knieën en kantelt je bekken naar
voren. Je partner kan je hierbij helpen. Zo kan je partner op een stoel achter
je gaan zitten en kun jij met je armen op de benen van je partner gaan leunen.
Ook hier kun je tussen de weeën door even gaan staan. Leg een kussen klaar (met
onder de sloop een vuilniszak ter bescherming) waarop je kindje kan worden
opgevangen.
Op bed: Veel vrouwen kiezen ervoor om op bed te bevallen. Probeer in het begin
je voeten in het bed te laten staat. Is je baby flink ingedaald dan kun je je benen
helemaal naar je toetrekken. Doe dit niet eerder, want dan verklein je juist de
bekkeningang.
Op je knieën: Vind je het prettig om op je knieën te zitten, zorg er dan
voor dat je billen laag blijven. Ga dus vooral niet op je handen en knieën
zitten. Ook hier kan je partner je helpen. Als hij met zijn rug tegen het hoofdeind
van het bed gaat zitten, kun jij op je knieën met je gezicht naar hem toe
zitten. Je kunt zo af en toe even aan hem hangen of je hoofd in zijn schoot
laten rusten.